Vijf leuke buitenactiviteiten in België
De lente is in het land! En wij kunnen niet blijer zijn met de frisse bloesems, heerlijk zonnetje en het...
“They call me Lola, it means happy man“, vertelde een ietwat oudere man ons op een camping in Foča (Bosnië). Zijn Engels overtrof ruimschoots dat van een gemiddelde Bosniër, wat ons gezien zijn leeftijd enigszins verbaasde. Ik had wel duizend prangende vragen over waarom hij zo gelukkig was en of er één of andere recept voor bestond. De beleefdheid dwong ons echter te zwijgen en gebiologeerd toe te kijken hoe al zijn aandacht werd opgeëist door pasgeboren 7 katjes die laaiend enthousiast werden van een papfles met daarin een misselijkmakend mengsel van karnemelk en eierdooiers. Daarna was het hoog tijd voor hem om op een bootje op de rivier de Drina twee forellen te vangen. Zowel Lola als ik hadden er nog geen flauw benul van dat dit mijn avondmaal van de volgende dag zou worden.
Slechts bij toeval belandden wij in Foča. Na acht dagen rondzwerven in Montenegro staken we de grens met Bosnië over. Een tussenstop in het dorpje Foca stond aanvankelijk niet op onze planning, maar onze nieuwsgierigheid en mijn wagenziekte veroorzaakt door de ongelukkige combinatie van een stikheet, volgepropt busje en de slechte staat van de Bosnische wegen overtuigde ons om een tussenstop te maken onderweg naar Sarajevo. Foča heeft een nogal beladen geschiedenis omdat er etnische zuiveringen hebben plaatsgevonden tijdens de Joegoslavische Oorlog. Nu wonen er quasi alleen maar Bosnische Serviërs. We wisten dus niet echt wat we moesten verwachten en waren niet bepaald voorbereid op een ‘happy man’. Maar natuurlijk hebben wij principieel niets tegen gelukkige mensen, eens te meer omdat we zelf aansluiting bij deze groep ambiëren.
Toen we ’s avonds info over wandeltochten vroegen aan de eigenaar bleek hij de schoonzoon van Lola te zijn, die de camping van hem heeft overgenomen. Lola beweerde dat hij de streek als zijn broekzak kende en de volgende dag met plezier onze gids zou zijn. Dat moet je ons geen twee keer zeggen.
De volgende dag nam de zorg voor de katjes Lola zo in beslag dat we anderhalf uur later dan gepland vertrokken. Jeroen kon zich niet inhouden en ontpopte zich tot groot plezier van Lola als een ware dierenvriend door de beestjes te knuffelen. Het busje zag eruit alsof het ons nooit op de berg zou kunnen krijgen, maar wonderwel slaagde het ding erin om ons heelhuids bij zandpiramides af te zetten. Daar vertelde Lola dat hij in Seattle woont en jaarlijks zijn vakantie neemt in Bosnië en komt kijken hoe de piramides verder eroderen. Vervolgens bezochten we enkele oude kennissen van hem die halsstarrig weigerden om uit de bergen te verhuizen naar de stad. Hun geiten en uitgebreide moestuin verschaften hen de nodige levensmiddelen.
Lola wees naar een halfopen hooischuur, “daar heb ik nog geslapen tijdens de oorlog”, vertrouwde hij ons toe. Het was de eerste onthulling van zijn bijzondere geschiedenis. Met mondjesmaat gaf Lola meer en meer geheimen prijs: in 1986 startte hij de camping vlak aan de rivier de Drina. Hij stond in de hele regio bekend als de meest ervaren en getalenteerde kanovaarder. De Joegoslavische oorlog en Lola’s dienstplicht betekenden een abrupt einde aan de bloeiende camping. Hij vocht voor het Servische leger, maar hield zich vooral schuil in de bergen rondom Foča en focuste zich daar op planten, kruiden en de dieren. Lola nam ons mee op paddenstoelenzoektocht en verraste door zijn getraind oog. De lekkerste en meest zeldzame paddenstoelen die wij achteloos voorbijliepen, wist hij te vinden. Bij het plukken van de kruiden wist hij als geen ander welke kruiden goed waren tegen ontsteking en welke kruiden je de hele nacht naar het toilet zouden doen lopen. Handig om weten, neem dus geen kopje thee van me aan als je iets mispeuterd hebt!
Na de oorlog in 1995 vluchtte Lola meteen naar Seattle en werkt daar nog steeds ’s nachts als buschauffeur. Hij rijdt met zo’n ellenlange accordeonbus en riskeert dagelijks zijn job door mensen die slecht te been zijn voor hun deur af te zetten in plaats van aan de halte, iets wat ten strengste verboden blijkt te zijn bij het Amerikaanse openbaar vervoer. Hij is dolgelukkig met deze job omdat hij een verzekering en een pensioen krijgt doordat hij voor de overheid werkt. Benijdenswaardig hoe weinig deze ‘happy man’ nodig heeft om gelukkig te zijn. Toen vertrouwde hij ons zijn grootste droom toe. We stelden ons iets voor in de aard van ‘de wereld rondreizen’ of ‘de lotto winnen’, maar daarin bleek hij niet geïnteresseerd. Neen, Lola’s grootste droom was zijn twee grote rubberboten uit de schuur te halen, aan elkaar te binden en daarmee de Drina af te varen. Als zoiets kleins en makkelijk haalbaar voor hem het ultieme geluk zou betekenen, dan kan ik inderdaad geloven dat hij een happy man is. Het geluk zit soms verscholen in kleine, eenvoudige dingen!